De brandcentrale
De brandcentrale is het zenuwcenter van uw brandbeveiligingsinstallatie en is een heel betrouwbaar iets. Via het bedieningspaneel of codeklavier op de brandcentrale wordt zogezegd instructies doorgegeven aan de branddetectiecentrale. De bediening kan in sommige installaties ook bedient worden door een herhaalbord.
Elk ander component van uw branddetectie-installatie is verbonden met de brandcentrale, van rookdetectoren of puntdetectie, branddrukknoppen tot actieve infrarood beams en brandsirenes.
In de branddetectiesystemen zijn er 2 type brandinstallaties:
1. Conventionele branddetectie:
Deze wordt opgebouwd door één lus per zone, een brandcentrale of een fire panel bestaat meestal uit meerdere zones. Sommige conventionele brandcentrales worden gemaakt met een vast aantal ingangzones en kan beginnen vanaf 2 – 4 – 8.
Andere merken van fire panels bouwen de brandcentrale met uitbreidingsmogelijkheden, waardoor de aankoopprijs iets hoger zal zijn t.o.v. met vaste zone-ingangen. Maar weer heel wat beterkoop, dan in een latere uitbreidingsfase, een nog werkende centrale moet afgebroken worden en vervangen worden. Iedereen heeft al weleens uitbreidingsplannen.
Op 1 detectielus mogen maximum 30 branddetectoren op gekoppeld worden en maximum 10 rode branddrukknoppen, niet gecombineerd. De indicatie van deze puntdetectoren is enkel op de branddetector terug te vinden en niet op de branddetectiecentrale.
2. Analoge of adresseerbare brandcentrale:
Is bij voorkeur ontwikkeld voor grotere installaties, waaronder scholen, rust- en verzorgingstehuizen. De detectie geschied op dezelfde manier als bij een conventionele installatie, met dat verschil, dat op de console van de branddetectiecentrale of herhaalbord onmiddellijk kan aflezen waar het incident zich voordoet; bijvoorbeeld: in de keuken, traphal links, klas scheikunde. Uiteraard geeft de branddetector ook een lokale indicatie aan.
Per detectielus, ook loop genoemd, mogen maximum 99 puntdetectoren op aangesloten. In de nieuwe versie kan op dezelfde lus ook al brandsirenes gekoppeld worden. Maar wordt door de Belgische norm NBN S21-100 nog niet aanvaard.
Een brandcentrale deint volgende dezelfde norm zo dicht mogelijk bij de hoofdingang van het gebouw geplaatst worden en heeft al doel, dat de brandweer vrij direct, vooraleer zij het brandend gebouw moeten binnendringen, alle informatie van de locatie van de brand kunnen aflezen van het LCD scherm van de brandcentrale of bedieningsconsole.